Bereiding:
Rijst koken.
Breng de melk aan de kook. Strooi de rijst met 100
gram suiker in de melk en laat het roerend aan de
kook komen. Zet de pit klein leg de deksel op de pan
en laat de rijst gaar koken. Kooktijd een uur. Controleer
of de rijstkorrel zacht, als dat niet zo is, langer
laten koken. Is de rijst gaar controleer dan de dikte.
Laat de rijst gedeeltelijk afkoelen (zonder deksel)
en roer er af en toe heel voorzichtig in.
Deeg:
Doe de bloem in een kom die. Maak de melk lauw warm.
Doe de gist in een kommetje,en giet er een klein deel
van de lauw warme melk bij en roer het mengsel glad.
Voeg aan de bloem de boter, de suiker en het ei toe.
Maak in de bloem een kuiltje. Strooi het zout zorgvuldig
langs de buitenkant van de bloem. Giet de aangemaakte
gist in het kuiltje. Giet de lauw warme melk er bij,
maar hou een beetje melk achter. Begin met de vingers
de bloem met het gist-melk-mengsel te mengen, werk
vanuit het midden van de bloem. Zorg dat het zout
er pas op het laatst bij komt. Meng alles door elkaar
en kneed het deeg. Is het deeg te stijf om te bewerken
voeg dan de achtergehouden melk toe. Als het deeg
aan de handen blijft plakken extra bloem toevoegen.
Kneed het deeg op het werktafel goed door. Strooi
bloem in de kom, dek het deeg af met een vochtige
doek en zet het op een warme plaats om te rijzen.
Laat het rijzen tot de dubbele hoeveelheid.
Strooi wat bloem op de werktafel
en kneed het deeg voorzichtig door. Rol rol het deeg
uit. Zorg dat het een ronde lap wordt. Rol steeds
naar een andere kant. Laat het deeg terug veren. Als
het deeg plakt wat bloem op de rol en onder het deeg
strooien.
Gebruik een hoge vlaaivorm met losse rand. Leg de
deegplak in de ingevette vlaaiplaat. Trek niet aan
het deeg maar laat het terug veren. Zet de rand op.
Leg het deeg wat oversteekt over de rand en rol het
met de deegrol af. Prik het deeg in en zet het op
een warme plaats te rijzen tot het dik gezwollen is.
Verwarm de oven op 220 graden.
Splits de eieren in dooier en
wit. Roer de dooiers schuimig met 30 gram suiker.
Schep dit door de bijna afgekoelde rijstepap. Klop
de eiwitten stijf en schep de helft van het eiwit
voorzichtig door het rijstmengsel. Verdeel van dit
rijstmengsel de helft over de vlaai. Schep dan het
restende stijfgeklopte eiwit door de achtergehouden
rijst en verdeel dit weer over de vlaai.
Zet de vlaai in het midden van de oven en bak op 220
graden gedurende 25 tot 30 minuten. Kijk na 20 minuten
en draai de vlaai als een kant bruiner is dan de andere
kant. De vlaai is gaar als het deeg bruin is en loslaat
van de plaat
Haal de vlaai uit de oven en breng hem direct over
op een deegrooster. Als een vorm zonder losse rand
gebruikt wordt zal men even moeten wachten voor de
vlaai eruit kan. Hierdoor kan de bodem wat zachter
worden.
Laat de vlaai afkoelen. Snij
hem pas aan als hij helemaal koud is.
Riisflaam
(Reisfladen)