Das euregionale Kochbuch - Rezepte und Geschichten aus der Euregio Belgien-Deutschland-Niederlande
 

Rezept aus den NiederlandenRijstevlaai

dieses Rezept in deutschdieses Rezept in deutsch

Rijstevlaai was een luxe vlaai. Je moest er rijst voor kopen, er waren eieren en veel suiker nodig. En het bakken van rijstevlaai is niet zo makkelijk. Kookt de rijst te lang dan wordt de vlaai te droog, kook je de rijst niet lang genoeg dan loopt de vlaai uit. Maar het is wel een heel mooie vlaai. Met Pasen hoorde men een rijstevlaai te serveren. In de vastentijd was er de zwarte (pruimen) vlaai, met Pasen de witte rijstevlaai.

Ingrediënten:

  • deeg
  • 250 gram bloem
  • 15 gram verse bakkersgist
  • 1 dl melk
  • 20 gram boter
  • 15 gram suiker
  • ½ ei
  • beetje zout
  • 1 l melk
  • 100 gram paprijst, gebroken rijst of siamrijst
  • 130 gram suiker
  • 3 eieren

Bereiding:

Rijst koken.
Breng de melk aan de kook. Strooi de rijst met 100 gram suiker in de melk en laat het roerend aan de kook komen. Zet de pit klein leg de deksel op de pan en laat de rijst gaar koken. Kooktijd een uur. Controleer of de rijstkorrel zacht, als dat niet zo is, langer laten koken. Is de rijst gaar controleer dan de dikte. Laat de rijst gedeeltelijk afkoelen (zonder deksel) en roer er af en toe heel voorzichtig in.

Deeg:
Doe de bloem in een kom die. Maak de melk lauw warm. Doe de gist in een kommetje,en giet er een klein deel van de lauw warme melk bij en roer het mengsel glad. Voeg aan de bloem de boter, de suiker en het ei toe. Maak in de bloem een kuiltje. Strooi het zout zorgvuldig langs de buitenkant van de bloem. Giet de aangemaakte gist in het kuiltje. Giet de lauw warme melk er bij, maar hou een beetje melk achter. Begin met de vingers de bloem met het gist-melk-mengsel te mengen, werk vanuit het midden van de bloem. Zorg dat het zout er pas op het laatst bij komt. Meng alles door elkaar en kneed het deeg. Is het deeg te stijf om te bewerken voeg dan de achtergehouden melk toe. Als het deeg aan de handen blijft plakken extra bloem toevoegen. Kneed het deeg op het werktafel goed door. Strooi bloem in de kom, dek het deeg af met een vochtige doek en zet het op een warme plaats om te rijzen. Laat het rijzen tot de dubbele hoeveelheid.

Strooi wat bloem op de werktafel en kneed het deeg voorzichtig door. Rol rol het deeg uit. Zorg dat het een ronde lap wordt. Rol steeds naar een andere kant. Laat het deeg terug veren. Als het deeg plakt wat bloem op de rol en onder het deeg strooien.
Gebruik een hoge vlaaivorm met losse rand. Leg de deegplak in de ingevette vlaaiplaat. Trek niet aan het deeg maar laat het terug veren. Zet de rand op. Leg het deeg wat oversteekt over de rand en rol het met de deegrol af. Prik het deeg in en zet het op een warme plaats te rijzen tot het dik gezwollen is.

Verwarm de oven op 220 graden.

Splits de eieren in dooier en wit. Roer de dooiers schuimig met 30 gram suiker. Schep dit door de bijna afgekoelde rijstepap. Klop de eiwitten stijf en schep de helft van het eiwit voorzichtig door het rijstmengsel. Verdeel van dit rijstmengsel de helft over de vlaai. Schep dan het restende stijfgeklopte eiwit door de achtergehouden rijst en verdeel dit weer over de vlaai.
Zet de vlaai in het midden van de oven en bak op 220 graden gedurende 25 tot 30 minuten. Kijk na 20 minuten en draai de vlaai als een kant bruiner is dan de andere kant. De vlaai is gaar als het deeg bruin is en loslaat van de plaat
Haal de vlaai uit de oven en breng hem direct over op een deegrooster. Als een vorm zonder losse rand gebruikt wordt zal men even moeten wachten voor de vlaai eruit kan. Hierdoor kan de bodem wat zachter worden.

Laat de vlaai afkoelen. Snij hem pas aan als hij helemaal koud is.

 

ähnlich: de Riisflaam (Reisfladen)

Gefördert durch die Europäische Union, den Europäischen Fonds für regionale Entwicklung (EFRE), Interreg IV A-EMR
EU EUREGIOinterreg

STARTSEITE Das euregionale Kochbuch Le projet Het Projekt Das Projekt